April Verleden Vandaag

Elke dag in het verleden gebeurde er wel iets opmerkelijks in Arnhem.
1  2  3  5  6  8  9  10  11  12  13  14  15
16  17  18  19  20  21  22  23  24  25  26  27  28 29 30

1 april(grap)
Aardverschuiving in Kiev, Oekraïne?!

1 April in Kiev
De 1 Aprilgrap in Kiev haalde in mei de kolommen van de Arnhemsche Courant.
Uit: Arnhemsche Courant, 9-5-1912.
Via KB-site Delpher.
St. Andreasbasiliek, 1852
Fotograaf Roger Fenton.© Wikimedia Commons. Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Unported license.
St. Andreasbasiliek, 2012
© Wikimedia Commons. Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Unported license.

1 april(grap)
Aardverschuiving in Kiev, Oekraïne?!
Voor ‘Verleden Vandaag’ is vandaag een mooie gelegenheid om te kijken naar Arnhemse 1 Aprilgrappen. Ook het optreden van de Spaanse veldheer Alva in de stad rond 1572 zou een invulling van de dag van vandaag kunnen zijn. Want:  ‘Op 1 april verloor Alva z’n bril / Den Briel’ is dit jaar precies 450 jaar geleden gebeurd, zoals Oekraïne-president Zelensky fijntjes in zijn toespraak van 30 maart  2022 opmerkte.
Bij het doorbladeren van historisch Arnhemsche Couranten blijkt echter dat Nederland niet het alleenrecht op de 1 Aprilgrappen heeft. En toen we in 1912 waren, was de keuze snel gemaakt, gezien de hectische actuele wereldsituatie van dit moment (april 2022, oorlog in Oekraïne).
Op een steile heuvel in Kiev/Kyiv staat sinds de 18e eeuw de barokke St. Andreasbasiliek. Tot nu toe is het prachtige monument de oorlogsgevolgen bespaard gebleven. De helling waarop de kerk staat, zorgde vanaf het begin voor problemen. De mensen in Kiev keken dan ook niet op toen op 1 april 1912 de plaatselijke ‘gazet’ berichtte dat de klokkentoren van de kerk door een aardverschuiving was ingestort. Duizenden mensen trokken nieuwsgierig en ongerust naar de basiliek om zich dan te realiseren dat de kerk nooit een klokkentoren had gehad. Grap geslaagd, maar kreeg nog wel een staartje. De gouverneur van Kiev vond de grap helemaal niet passend en legde de krant een boete op van 300 roebel. Als er niet betaald werd, zou de redacteur in de gevangenis worden gegooid.

Literatuur
Arnhemsche Courant, 9-5-1912.

2-4-1889  (dinsdag)
Tegenslagen voor nieuwe school Spijkerkwartier

Meisjesschool Parkstraat, ca. 1910
Onbekende fotograaf© Gelders Archief: 1583-11289, fotocollectie voormalig Gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Inzamelingsactie weduwe Beers, ca. 1910
Bij de bouw van de school overleed tijdens zijn werk dhr. Van Beers, waarna voor zijn weduwe een liefdadigheidsactie op touw werd gezet. Het waren niet de minste Arnhemmers die dit op touw zetten: wethouder Jolles en directeur Gemeentewerken Tellegen waren lid van het hulpcommissie.
Uit: Arnhemsche Courant, 16-10-1890.
Via KB-site Delpher.

2-4-1889  (dinsdag)
Tegenslagen voor nieuwe school Spijkerkwartier
Arnhem koopt op dinsdag 2 april 1889 ca. 1900 m2 grond aan ‘de verlengde Parkstraat’ tegen een prijs van f 6,- per vierkante meter. Op deze grond moet een nieuwe meisjesschool verrijzen en kan de Schoolstraat worden doorgetrokken. Gedeputeerde Staten van Gelderland keurden de grondaankoop voor de meisjesschool af, maar de stad had succes met een beroep tegen dit besluit bij het Rijk. In een Koninklijk Besluit van 27 december 1889 kreeg de gemeente alsnog toestemming voor de bouw van de school.
In 1891 werd de nieuwe ‘School no. IX’ geopend en dat jaartal werd in de voorgevel aangebracht. Het was een indrukwekkend hoekpand op de Parkstraat-Schoolstraat geworden. Met de hoge trapgevels en de mengeling van neogotische en neorenaissancistische elementen was het een echte blikvanger.
Nadat het meisjesonderwijs in 1936 in het gebouw werd opgeheven nam de ‘ULO-school met den Bijbel’ het gebouw over tot 1964. Het schoolgebouw werd in 1981 gesloopt toen in het pand de maatschappelijke organisatie ’t Vuur zat. Nu neemt een appartementengebouw de plek in van de grond die in 1889 werd aangekocht.

Literatuur
Arnhemsche Courant, 2-4-1889, 20-1-1899 en 16-10-1890.

Derks, G.J.M. en R.J.A. Crols, Spijkerkwartier en Boulevardkwartier. Een monumentale wijk met karakter in Arnhem.
Utrecht 2002 (Uitgeverij Matrijs), p. 52.

Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 129.

3-4-1791 (zondag)
Groote Sociëteit krijgt onderdak in de Bakkerstraat

Zaal voor Groote Sociëteit, Bakkerstraat 1791
Dat de Groote Sociëteit de bovenzaal zaal kreeg in de vroegere gasthuiskerk en de vroegere waag was onderdeel van een veel groter plan voor het gebouw aan de Bakkerstraat. In het pand werd de ‘Comedie’ gevestigd, de voorloper van de schouwburg.© Gelders Archief: 1501-04-1468, fotocollectie voormalig Gemeentearchief Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
 Gebouw Groote Sociëteit in de Koningstraat, ca. 1877
Het imposante verenigingsgebouw werd op 30 november 1878 officieel geopend. Het ontwerp van architect Jan Jacob Weve die deze tekening maakte.  Het werk werd uitgevoerd onder leiding van architect Constantijn Muysken. Daarom zien we steeds beide namen als ontwerper verschijnen. De Duitse bezetter eigende het pand zich toe in 1942. Na de oorlog werd het, voor de vereniging veel te grote, pand gehuurd door de gemeente voor de huisvesting van de  burgerlijke stand. Toen het nieuwe stadhuis klaar was, werd het pand in 1967 gesloopt.
© Gelders Archief: 1506-35, 2057 Groote Sociëteit te Arnhem 23. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

3-4-1791 (zondag)
Groote Sociëteit krijgt onderdak in de Bakkerstraat
Twee dagen geleden, op 1 april, hadden we ook aandacht kunnen besteden aan de Groote Sociëteit die nog steeds bestaat en waarvan de naam nog steeds met een dubbele o wordt geschreven. Op de eerste april 1763 werd namelijk deze vereniging van heren opgericht om als ontmoetings- en gezelligheidsvereniging tegenwicht te bieden aan de patriotse verenigingen. Leden van de Groote Sociëteit behoorden tot de traditionele elite van de stad en waren zeer Oranjegezind.
Dat werd op 3 april 1791 beloond, als de patriotten het veld hebben moeten ruimen. De club kreeg de beschikking over de bovenverdieping van de voormalige kerk van het St. Catharinagasthuis in de Bakkerstraat. Die kapel was in 1636 verlaten, want het gasthuis mocht zich vestigen in het vroegere Agnietenklooster aan de Beekstraat. Het besluit van het stadsbestuur liet de levendige geschiedenis van de gasthuiskerk zien: ‘de magistraat van Arnhem vergunt aan de bestuurderen der Groote Sociëteit, om tegen een jaarlijksche erfpacht of canon, de soogenaamde Oude-Waagh met het vertrek off de camer daar boven, waar de stads Duitsche en Fransche school wordt gehouden, staande in deser stads Bakkerstraat, benevens het huijsje aan dit gebouw annex, uitkoomende en staande in de Pastoorsteeg thans bij den dansmeester Bax wordende bewoont’.
Toen de patriotten in de Bataafse Revolutie de macht overnamen, was het tijdelijk ook even gedaan met de Sociëteit. In de 19e eeuw herrees de mannenclub uit zijn as en liet in 1878 een reusachtig verenigingspand in de Koningstraat neerzetten. Na de Tweede Wereldoorlog werd een gebouw aan de Jansbuitensingel betrokken en bevat naast de ontmoetingsruimte ook een billiardkamer en een traditionele kegelbaan. Een traditie werd in 2021 wel overboord gegooid en de Groote Sociëteit liet ook vrouwen toe. Dat was wereldnieuws voor een club die zich bij de oprichting tooide met de zinspreuk Turpius ejicitur quam non admittitur hospes: het is erger er uitgegooid te worden dan niet te worden toegelaten

Literatuur
Kooi, C.M., Groote Sociëteit Arnhem 250 jaar (1763-2013).
In: Arnhems Historisch Tijdschrift, jrg. 33 (2013), nr. 1, p. 2-10

Leppink, G.B. en R.C.M. Wientjes, Het Sint Catharinae Gasthuis in Arnhem in de eerste vier eeuwen van zijn bestaan (1246-1636).
Hilversum 1996 (Uitgeverij Verloren), p. 99-102.

Nijhoff, P., Inventaris van het Oud Archief der Gemeente Arnhem. 
Arnhem 1864 (Uitgeverij Is. An. Nijhoff & Zoon), p. 505.

4-4-1910 (maandag)
Volkshuisvesting bouwt de Musschenbuurt

Muss(chen)buurt: Arnhemse eerste woningwetwijk
Eén van de stede(n)bouwkundige parels van Arnhem: het Mussenplein met de 1e, 2e, 3e en 4e Mussenstraat. Tekening van het stratenplan van de directeur van Gemeentewerken Willem F.C. Schaap, Arbeiderswoningen Musschenberg (1908).
© Gelders Archief: 1202, oude nummering, D 200_37. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Van Verschuerplein, 1933
Een tweede architectonisch juweel van de Arnhemse Volkshuisvesting: het Van Verschuerplein. We kijken vanaf de vroegere Rijkskweekschool richting de toegangspoort.
Werd de Musschenbuurt het Rode Dorp genoemd, de Van Verschuerwijk kreeg de bijnaam het Blauwe Dorp.
© Gelders Archief: 1523 – 149-0023. Fotoalbum Volkshuisvesting Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

4-4-1910 (maandag)
Volkshuisvesting bouwt de Musschenbuurt
De Woningwet van 22 juni 1901 moest een geweldige kwaliteitsslag zijn voor de miserabele behuizing van de arbeiders. De aangescherpte eisen hadden in eerste instantie, de wet ging op 1 augustus 1902 in werking, een averechts effect. In Arnhem zag de meer ideële woningbouwvereniging Openbaar Belang geen kans om tegen een redelijke prijs de arbeidershuizen te bouwen. Daarom nam het gemeentebestuur het initiatief een nieuwe vereniging in juli 1908 op te richten: de Vereeniging Volkshuisvesting. Sinds 1992, na het samengaan met de Centrale Woningstichting, is dit de Stichting Volkshuisvesting.
De vereniging bracht wel een startkapitaal; van f 50.000,- bijeen, maar dat was te weinig om woningen te bouwen. Op 4 april gaf het Rijk daarom een voorschot van f 195.000,- zodat er 115 arbeiders woningen gebouwd konden worden. Dat werd het eerste sociale woningbouwproject onder de Woningwet in Arnhem: een arbeiderswijk op de Musschenberg.
De huren waren voor die tijd voor de arbeider aan de hoge kant: f 2,- tot f 3,-. Die laatste woningen stonden dan ook in de beginjaren leeg: te duur. Naar de rode dakpannen van de huizen werd de buurt het Rode Dorp genoemd.

Literatuur
Bleekman, B.J.M., Volkswoningbouw. Een eeuw volkshuisvesting in Arnhem.
Utrecht 1998 (Uitgeverij Matrijs), p. 31-32.

Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 140.

Lavooij, W., Twee eeuwen bouwen aan Arnhem. De stedebouwkundige ontwikkeling van de stad.
Zutphen 1990 (Uitgeverij: De Walburg Pers), p. 69-75.

Willemsen, J.Th.W., De volkshuisvesting in Arnhem 1829-1925.
Arnhem 1969 (Gemeentearchief Arnhem), p. 48-51.

5-4-1973 (donderdag)
Brand Verfwinkel Willekes Spijkerlaan

Blussen van de brand, 5-4-1973
Blussen van brand in het pand van Verf- en Behangwinkel Jan Willekes aan de Spijkerlaan hoek Driekoningendwarsstraat. Op de achtergrond is de Steenstraat. Het naastgelegen pand links van Willekes, discotheek ‘De Grot’ liep veel waterschade op.
© Gelders Archief: 3373-726, foto Werkgroep Spijkerkwartier. CC-BY-4.0 licentie
(alle rechten voorbehouden).
Nieuwbouw Willekes, 1973
Direct na de brand werd begonnen met de herbouw van de winkel.
© Gelders Archief: 1524-10221, Diacollectie Gemeente Arnhem. CC0 1.0 licentie (alle rechten voorbehouden).

5-4-1973 (donderdag)
Brand Verfwinkel Willekes Spijkerlaan
Verf, terpentine, wasbenzine, hout behangpapier dat wil allemaal wel branden of exploderen. De paniek sloeg dan ook toe toen op donderdag 5 april 1973 midden tussen de woonblokken van het Spijkerkwartier in de verfwinkel van Willekes brand uitbrak. Het meest penibel was de situatie voor de studentenwoningen boven de winkel. De brandweer rukte uit met groot materieel, maar er was geen redden meer aan. Dat kwam ook doordat de massaal toegestroomde rampentoeristen de spuitgasten flink in de weg liepen. Grote rookpluimen waren tot in de verre omtrek te zien. Buurpand café-discotheek ‘De Grot’, waar ‘Arneym’ tijdens zijn middelbare schooltijd na het laatste lesuur met schoolkameraden wel eens ging toepen of zwikken, liep grote waterschade op.
Na de brand ging het gemeentebestuur bij zich te rade en wilde dit soort levensgevaarlijke toestanden voorkomen. De plaatselijke Hinderwetvergunning werd aangescherpt. Willekes herbouwde zijn pand en hield het nog bijna 24 jaar vol op de Spijkerlaan. Toen moest de iconische zaak definitief de deuren sluiten. Op deze plek staat nu, april 2022, de Coop.

Literatuur
Gerritsen, K., Leven in Arnhem in de jaren 70.
Oosterbeek 2018 (Uitgeverij Kontrast), p. 112-113.

Roelofs, B., De was buiten hangen. Arnhemse kwesties 1970-2000.
Utrecht 2020 (Uitgeverij Matrijs), p. 26-28.

6-4-1895 (zaterdag)
Uitbreiding netwerk paardentram

Paardentram in de Parkstraat, ca. 1900
Een paardentram op de in 1896 geopende lijn door het Spijkerkwartier.
© Gelders Archief: 1583-7309, fotocollectie Gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

6-4-1895 (zaterdag)
Uitbreiding netwerk paardentram
De op 3 mei 1880 geopende paardentramdienst was een groot succes. De durfinvesteerders die aandelen in de Arnhemsche Tramwegmaatschappij hadden gekocht kregen elk jaar een dividend uitgekeerd. In 1889 was dit bijvoorbeeld 5,6%.
Het was dan ook geen wonder dat de gemeenteraad op zaterdag 6 april 1895 toestemming gaf voor uitbreiding van het paardentramnetwerk. Het duurde een jaar voordat deze, op 1 juni 1896, werd gerealiseerd.
De inwoners van de nieuwe woonwijken Boulevardkwartier en Spijkerkwartier konden nu met de tram naar de Markt of het spoorviaduct van de Steenstraat-Velperweg. De villabewoners langs de Utrechtseweg richting Oosterbeek, de arbeiders van de nieuwe wijk Lombok en de bezoekers van het zojuist geopende Elisabethsgasthuis hoefden niet meer naar de Buitensociëteit (nu Museum Arnhem) te lopen. Ze konden dichterbij, bij de splitsing Utrechtseweg-Onderlangs-Oranjestaat dat de Haspel werd genoemd, op- en afstappen.

Literatuur
Bosman, F., Tussen Arnhemse lijnen. 130 jaar openbaar vervoer in en rond Arnhem.
Bilthoven 2009 (Uitgeverij Studio Vervoer Nederland), p. 9.

Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der. Gedenkboek van Arnhem 1813-1913. 
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij). p. 131.

Iddekinge, P.R.A., Van omnibus tot trolleybus.
In: Van omnibus tot trolleybus. 125 jaar Openbaar vervoer in en om Arnhem.
Leiden 1964 (Uitgeverij E.J. Brill), pp.1-87, p. 18-21.

Nusteling, H.P.H., Verkeer en vervoer tot 1945.
In: Meurs, M.H. van e.a. (red.), Arnhem in de twintigste eeuw.
Utrecht 2004 (Uitgeverij Matrijs), p. 160-189, p. 165.

7-4-1851 (maandag)
Aanleg Rijnkade

Rijnkade, 1869
De Rijnkade met de herenhuizen en de schipbrug gezien vanuit het zuidwesten vanaf de zuidelijke oever. Rechts het in de rivier aangelegde zwembad.
© Gelders Archief: 1551-2825, tekening van Carel Christiaan Antony Last. Topografisch-Historische Atlas Gelderland. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).Public Domain Mark 1.0 licentie.
Rijnkade en omgeving, 1853
De straten in het geel zijn de geprojecteerde straten van stadsarchitect Hendrik Jan Heuvelink. Met zijn plannen moest voorkomen worden dat ‘bouwbaasjes’ en speculanten ongestraft hun gang konden gaan. Aan de doorgaande wegen, zoals de Rijnkade en Weerdjesstraat, verrezen prachtige herenhuizen. Daarachter was het bouwkundige wetteloosheid en bittere armoede in de sloppen rondom de Langstraat.
Uitsnede van het ‘Plattegrond van de stad Arnhem met aanduidingen haren uitleg, 1853.’ Naar een tekening van H.J. Heuvelink, gemeente-architect.
© Gelders Archief: 1506 Kaartenverzameling Gemeente Arnhem 8428. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij). 

7-4-1851 (maandag)
Aanleg Rijnkade
Nadat Arnhem in 1829 toestemming kreeg om de oude vestingwal en de verdedigingswerken af te breken, werden ook bij de Rijnkade de stadsmuren, bastions en rondelen gesloopt. Toen die werkzaamheden waren afgerond, besloot de gemeenteraad op 7 april 1851 om een basaltkade aan te leggen van de schipbrug tot de Sabelspoort.
Zo kwam letterlijk de weg vrij om aan de Rijnkade, Weerdjesstraat, Vossenstraat en Nieuwstraat huizen te bouwen. Het duurde niet lang, of de hele Rijnkade, van de Palmboomgracht bij de Sabelspoort tot het Roermondsplein, was met de welbekende wit gepleisterde herenhuizen volgebouwd. Stadsarchitect Hendrik Jan Heuvelink probeerde de nieuwbouw met zijn befaamde ‘Plan tot uitleg’ in 1853 nog enigszins in banen te leiden. Tevergeefs: achter de façade van de Rijnkade en Weerdjesstraat werden de meest miserabele woningen uit de grond gestampt: de sloppen en stegen van de Langstraat.

Literatuur
Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 101.

Lavooij, W., Twee eeuwen bouwen aan Arnhem. De stedebouwkundige ontwikkeling van de stad. 
Zutphen 1990 (Uitgeverij: De Walburg Pers).

Markus, A., Arnhem omstreeks het midden der vorige eeuw. Met geschiedkundige aantekeningen.
Arnhem 1975 ongewijzigde herdruk van 1906 (Uitgeverij Gijsbers & Van Loon), p. 444.

Schaap, K. en A.S. Stempher,  Arnhem omstreeks 1865.
Arnhem 1989 (Gouda Quint bv).

Vredenberg, J., Stedelijke ruimte in de negentiende eeuw.
In: Keverling Buisman, F. (red.), Arnhem van 1700 tot 1900
Utrecht 2009 (Uitgeverij Matrijs), p. 34-53.

Rijnkade, 1865
Zicht op de Rijnkade bij de Sabelspoort met de fraaie herenhuizen. De voor de poort liggende Palmboomgracht is al drooggelegd.
© Gelders Archief: 1523-229-0086, onbekende fotograaf fotoalbum Staat Evers. Public Domain Mark 1.0 licentie.

8-4-1907 (maandag)
Hotel Monnikenhuizen, voorloper Arnhemse Buitenschool

Hotel Monnikenhuizen, 1915
De nieuwe prachtige horecagelegenheid aan de voet van de heuvels van Klarenbeek was van alle markten thuis: horeca, pension, restaurant en café.
© Gelders Archief: 1500-1555, onbekende maker, Prentbriefkaarten Collectie Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Villaparken Sonsbeek, Braamberg en Klarenbeek, 1909
‘Wandel- en Villaparken’ werd het gebied rondom de parken ten noorden van het stadscentrum genoemd. Recreëren en wonen gingen ook toen hand in hand bij het propageren van Arnhem.
© Gelders Archief: 1506-1121, onbekende maker, Kaartenverzameling Gemeente Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie.
Exploitatie Hotel Monnikenhuizen, 1911
Uit: Arnhemsche Courant, 5-12-1911.
Via KB-site Delpher.

8-4-1907 (maandag)
Hotel Monnikenhuizen, voorloper Arnhemse Buitenschool
Dertien jaar voordat de stad Sonsbeek had gekocht ,was het gemeentebestuur in 1886 al voor f 242.885,29 (die 29 cent is wel een bijzondere afronding van de aankoopsom) eigenaar geworden van het landgoed Klarenbeek. Dat omvatte ook het gebied rondom het vroegere klooster Monnikenhuizen.
Op de golven van het toenemend toerisme besloot de gemeente op maandag 8 april 1907 om op de plek van de vroegere boswachterswoning en uitspanning een hotel te bouwen en te verpachten. De gemeente stelde daarvoor een bedrag van f 16.500,- ter beschikking en sloopte de vroegere boerderij-theeschenkerij bij de Bosweg op 1 februari 1909. In december 1911 werd de exploitatievergunning onderhands verleend aan een combinatie van de eigenaren van Stoombierbrouwerij ‘De Kroon’ aan de Amsterdamseweg en wijnhandel Robbers en Van den Hoogen aan de Velperweg.
Nog geen twintig jaar functioneerde het hotel. In 1929 werd het onderdeel van de ‘Arnhemse Buitenschool’, waarvan de nieuwe paviljoens met open ramen een ontwerp waren van de adjunct-directeur Gemeentewerken Arnhem, Herman B. van Broekhuizen.

Literatuur
Brander, A., Buitengewoon. De Arnhemse Buitenschool 1930-2006.
Arnhem 2010 (uitgave in eigen beheer auteur), p. 28-29.

Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 137.

Rhoen, R.P.M., Klarenbeek in de wandeling. Arnhems eerste stadspark 1886-1986.
Arnhem 1986 (Gemeentearchief Arnhem), p. 19, 33.

9-4-1559 (donderdag)
Weduwenhuis Over den Broeren mag in 1559 nog niet zo heten

Weduwenhuis over den Broeren, ca. 1650
Het Naell Tynnegieterhuis lag en ligt aan de Broerenstraat tegenover het Minderbroedersklooster van de Franciscanen. Het weduwenhuis ligt direct in het verlengde van de Nieuwstraat. In de tuin staat ook nog een achterhuis, dat ook tot het weduwencomplex. In de eerste jaren vonden er zes vrouwen onderdak. Dat aantal liep door uitbreidingen en verbouwingen van het pand op tot 20.
Legenda:
5. Broerenkerck

25. Op den Kleynen Oort
43. De Helsteegh
44. Nieuwesteegh
45. Jordenssteghe

Detail van de plattegrond van Arnhem, uitgegeven door Joan Blaeu, Tonneel der Steden. Amsterdam 1649 naar de kaart van Nicolaes Geelkercken uit 1639.
© Joan Blaeu, Tonneel der Steden. Amsterdam 1649 (Scheepvaartmuseum, Collectie Atlas van Loon).
Ligging Naell Tynnegieterhuis, 1950
In 1950 werden in de Broerenstraat archeologische opgravingen gedaan. In de daarvoor gemaakte kaart is met het cijfer 1 het weduwenhuis aangegeven.
Kaart met dank aan Benno Landsheer.

9-4-1559 (donderdag)
Weduwenhuis Over den Broeren mag in 1559 nog niet zo heten
In Verleden Vandaag van 23 december berichtten we over de stichtingsdatum 1562 van het onderkomen voor weduwen in het Naell Tynnegieterhuis. Die datum staat ook nog steeds op de prachtige gevel van het pand tegenover de Nieuwstraat. Of beter: tegenover het vroegere Broerenklooster, want het zorghuis werd het ‘Weduwenhuis Over den Broeren’ genoemd.

We keken ook wel op toen in één van de Arnhemse kronieken een vermelding over het weduwenhuis in 1559 stond. Hoe was dit nu mogelijk? De inventarislijst van Arnhemse oorkonden en regesten van Nijhoff uit 1864 vermeldde wel de oorspronkelijke bron erbij: het Schepenaktenboek van de stad. Dan ga je zoeken in de 53-delige dikke boeken van het Schepensignaat in het Gelders Archief tot je eindelijk het besluit onder ogen hebt. En dan openbaart zich de oplossing van de verwarring al snel.

In een besluit van donderdag 9 april 1559 geven de twee burgemeesters en tien schepenen van de stad toestemming om een put voor het huis van ‘Naeleken Tynnegieter’ te verplaatsen naar de overkant van de straat, achter de muur van het Broerenklooster. Dit op verzoek van zes omwonenden die schijnbaar hinder hadden van voortdurend heen-en-weer-geloop van waterhalers of van de modderpoel die bij zo’n openbare waterput ontstaat. In het besluit staat nergens iets over het ‘Weduwenhuis’. Nijhoff had dit in zijn inventarislijst vast toegevoegd omdat de lezer meer bekend was met het huis onder die naam dan onder de naam van de vroegere bewoonster.

Literatuur
Arendsen. R., Weduwenhuizen in Arnhem.
Utrecht 2012 (onuitgegeven scriptie), passim.

Nijhoff, P., Inventaris van het Oud Archief der Gemeente Arnhem
Arnhem 1864 (Uitgeverij Is. An. Nijhoff & Zoon), p. 236.

Besluit 9 april 1559
De eerste regels van het besluit om de put te verplaatsen. In rood omrand: ‘totter puts, voor Naeleken Tynnegieters deur staande’.
© Gelders Archief: 2003-398, Oud Rechterlijk Archief Arnhem, Schepensignaat, 1423-1695, deel 398: 1558-1563,  folio 21 verso.
Geschiedenis Naell Tynnegieterhuis
In een Arnhemsche Courant uit 1937 werd de geschiedenis van het weduwenhuis beschreven.
Met dank aan Benno Landsheer.
Uit: Arnhemsche Courant, 6-3-1937. Via KB-site Delpher.

10-4-1674 (dinsdag)
Terugtrekkende Fransen willen geld zien

Franse kaart van Arnhem, 1672
De Franse cartograaf des Konings, Cher. de Beaurain, legde in 1672 alle veroverde steden op de kaart vast.
© Gelders Archief: 1506 Kaartenverzameling Gemeente Arnhem 8318. Public Domain Mark 1.0 licentie. (auteursrechtenvrij).

Gezicht op Arnhem in de Franse tijd, 1672-1674
In het kielzog van de Fransen trok ook de kunstenaar Adam Frans van der Meulen mee. Hij maakte o.a. het beroemde schilderij van de Rijnoversteek bij Lobith door de Fransen. Ook tekende hij dit ‘Arnhem vanuit het noorden met de Eusebiuskerk en de Walburgiskerk’.
© RKD, privécollectie. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

10-4-1674 (dinsdag)
Terugtrekkende Fransen willen geld zien
Achter de schermen zijn de voorbereidingen voor de Dag van de Arnhemse Geschiedenis in oktober al bezig. Het landelijke thema is ‘Wat een ramp!’ en dan mag het ‘Rampjaar 1672’ natuurlijk niet ontbreken. Daar past het volgende verhaal over dinsdag 10 april 1674 bij.

In het voorjaar van 1674 werd het Lodewijk de Veertiende duidelijk dat zijn bezetting van de Republiek der Verenigde Nederlanden in 1672 op een mislukking was uitgelopen. De ‘Zonnekoning’ verlegde zijn ambities en besloot om zijn troepen uit het oosten en zuiden van de Republiek terug te trekken. Maar de Fransen wilden nog het maximale uit de terugtocht halen. De Franse bestuurders en legeraanvoerders dreigden Arnhem en de Veluwe te plunderen en te verwoesten. Dat kon afgekocht worden via een ‘brandschatting’ van f 200.000,-. Dat geld had Arnhem niet, want de bezetter had in de twee jaar daarvoor de stad al uitgeperst tot de laatste penning. Verschillende onderhandelingstechnieken werden voor de dag gehaald. Kon er geen scheiding tussen Arnhem en het platteland van de Veluwe komen?. Met andere woorden: het platteland zoekt het zelf maar uit. Kon het bedrag niet omlaag, naar een mogelijk wel op te brengen bedrag? Kon niet worden volstaan met een voorschot nu en een afbetaling later? De Fransen gingen akkoord met het laatste, maar wilden wel een garantie voor die afbetaling. Daarop werden enkele Arnhemmers in gijzeling genomen en besloot de stad op 10 april om alle stedelijke inkomsten te gebruiken om het losgeld voor de gijzelaars (‘hostagiers/ostagiers’) bijeen te brengen. De Fransen namen uiteindelijk genoegen met f 160.000,- en vertrokken drie weken later uit de stad met hun gijzelaars.

n Verleden Vandaag van 18 februari hebben we gezien hoe dat voor gegijzelde Willem Muys afliep.
Lees in die rubriek op 16 november hoe de Fransen in 1672 Arnhem bezetten.

Literatuur
Keverling Buisman, F., Bestuur en rechtspraak circa 1550-1700.
In: Keverling Buisman, F. (red.), Arnhem tot 1700.  
Utrecht 2008 (Uitgeverij Matrijs), pp. 92-125, p. 116.

Klep, P.M.M., De economische en sociale ontwikkeling 1550-1700.
In: Keverling Buisman, F. (red.), Arnhem tot 1700.
Utrecht 2008 (Uitgeverij Matrijs), pp. 188-221, p. 176-177.

Kotte, W., Van Gelderse Bloem tot Franse Lelie. De Franse bezetting van de stad Arnhem 1672-1674 en haar voorgeschiedenis.
Arnhem 1972 (Gemeentearchief Arnhem), pp. 94-103.

Nijhoff, P., Inventaris van het Oud Archief der Gemeente Arnhem
Arnhem 1864 (Uitgeverij Is. An. Nijhoff & Zoon), p. 461.

Vries, S. de, Een gezicht op Arnhem in 1672: een tekening door Adam-Frans van der Meulen.
In: Arnhem de Genoeglijkste, jrg. 11 (1991), nr. 1, p. 26-29.

11-4-1984 (dinsdag)
Brandbomaanslag in Lexibar met dodelijke slachtoffers

Lexibar tijdens de brand, 11-4-1984
Het blussen van de brand/
© Gelders Archief: 1524-11461, fotograaf Gemeentearchief Arnhem Diacollectie. Gemeente Arnhem CC0 1.0 licentie (alle rechten voorbehouden).
Lexibar na de brand, 1984
Na de brand werd het pand dichtgespijkerd. Op de achtergrond de Ketelstraat hoek Mariënburgstraat.
© Gelders Archief: 1544-17858-0001, fotograaf Gerth van Roden, CC-BY-NC-ND-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).
Vrijspraak voor dodelijke aanslag?
De dader Santos S. had een psychiatrisch verleden en toen de advocaat om die reden om vrijspraak vroeg, brak er een storm van protest op de publieke tribune los.
Het Parool, 26-9-1984.

11-4-1984 (dinsdag)
Brandbomaanslag in Lexibar met dodelijke slachtoffers
Nu is de Wielakkerstraat één van de sfeervolle ‘7 Straatjes’ in hartje Arnhem. In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw versnelde je er echter als eerzame burger je pas als je de korte doorsteek maakte van de Mariënburgstraat naar de Koningstraat. Het was een donker straatje waar criminaliteit, in de vorm van vechtpartijen en drugshandel de boventoon, voerde.

Vanaf de Ketelstraat had je direct links Café Lexi. Als ‘De Lexibar’ trok vooral klandizie van  Arnhemmers op de rand van de beschaafd-burgerlijke samenleving. Twintig meter verder rechts verkocht, de in februari 2022 overleden, Harm Dost zijn hasjiesj en marihuana aan Duitse softdrugstoeristen. Na de flauwe bocht zat weer links het roemruchte café ‘De Condor’ waar ex-bokser Pauli ‘Bomber’ Krause de scepter zwaaide.

In april 1984 liep een vechtpartij over cocaïne in de Lexibar helemaal uit de hand en de 34-jarige Arnhemmer Santos S. belandde met bebloed hoofd in de goot. Toen de politie hem daar aantrof, weigerde hij aangifte te doen of te vertellen wat er was gebeurd. De volgende dag keerde hij voor een wraakactie rond 11.00 uur terug met een emmer vol benzine. Een patatzakje wilde hij als lont gebruiken, maar hij was vergeten lucifers mee te nemen. Hij liet de emmer voor de Lexibar staan, haalde bij de sigarenwinkel om de hoek lucifers. Vervolgens gooide hij de emmer als brandbom naar binnen. Van alle bewoners en cafébezoekers konden er drie, waaronder de 16-jarige zoon van de caféeigenaar, niet meer ontsnappen aan de vuurzee en vonden de dood.

Literatuur
Caderius van Veen, D. en H. van der Ploeg, Verliefd op Arnhem. Deel 2.
Arnhem 1996 (Arnhemse Courant/Gelders Dagblad), p. 37.

Het Parool, 26-9-1984.

Ploeg, H. van der en D. Caderius van Veen, Verliefd op Arnhem Nieuwe Verhalen.
Velp 2019 (Colofon / Jansen & de Feijter), p. 47.

Verleden Vandaag 12 april
De bevrijding van Arnhem: dag 1, donderdag 12 april 1945

In een reeks van vijf dagbeschrijvingen belichten we de bevrijding van Arnhem in april 1945. Dit hoofdstuk uit de Tweede Wereldoorlog heeft (begrijpelijk) nooit die aandacht gekregen als de Slag om Arnhem in september 1944 en de daaropvolgende evacuatie en terugkeer van de bevolking. Daarom de komende vijf dagen: ‘de bevrijding van Arnhem’.

Geallieerde IJsseloversteek Westervoort-Arnhem
Sgt. Charles Harry ‘Slim’ Hewitt maakte als fotograaf van het No. 5 Army Film and Photo Section, Army Film and Photographic Unit de opmars van het geallieerde leger vanaf D-Day in Normandië tot o.a. de bevrijding van concentratiekamp Bergen Belsen mee. Hij maakte ook deze foto van de oversteek van een Buffalo-amfibievoertuig van Westervoort naar Arnhem op de vroege ochtend van 13 april 1945.
© IWM BU 3407 (Imperial War Museum. CC0 licentie, auteursrechtenvrij).
Geallieerde operaties, oktober 1944-april 1945
© Ranger Steve.CC BY-SA 3.0

De bevrijding van Arnhem: dag 1, donderdag 12 april 1945
De IJssel, even oostelijk van de spoorbrug bij Westervoort, donderdagavond 12 april, 23.15 uur en de regen valt hevig en onophoudelijk. Een groep stormboten en amfibievoertuigen van het 2e Bataljon The Gloucester Regiment, een eenheid van het Britse 49 ‘Polar Bear / West Riding’ Infantry Division, waagt de rivieroversteek van Westervoort naar Arnhem. Operatie (Quick) Anger nadert het hoogtepunt: de bevrijding van Arnhem.

Het is zeven maanden na de gedwongen terugtocht van de Britse Eerste Airbornedivisie uit Arnhem en Oosterbeek. In operatie Market Garden bleek de verkeersbrug bij Arnhem een brug te ver om de doorstoot van de geallieerde grondtroepen vanuit de Nederlands-Belgische grens richting Duitsland via Arnhem te maken. De Duitse slagkracht rondom Arnhem en Nijmegen bleek onverwacht sterk en dat bleef ook zo na oktober 1944. De geallieerde legerleiding besloot vervolgens om eerst de aanvoerlijnen veilig te stellen. Hoofddoel werd de verovering van havenstad Antwerpen en dat gebeurde pas eind november in o.a. De Slag om de Schelde. Toen de Duitsers op 2 december de Betuwe onder water zetten in operatie ‘Ooievaar’ (Fall Storch) werd de opmars van de geallieerden nog meer vertraagd. Om, op weg naar Arnhem en Holland, niet in de rug te worden aangevallen, moesten eerst in de operaties Veritable, Varsity en Plunder het Reichswald en de Rijnbruggen bij Emmerik, Wesel en Duisburg vrijgemaakt worden van de Duitse troepen. Pas daarna konden de Britse en Canadese eenheden via de oostelijke rechteroever van de Rijn oprukken naar Arnhem. 

In de nacht van 12 april was het zover: na een middag van heftige geallieerde artilleriebeschietingen staken ter hoogte van de AKU-fabrieken op de Kleefse Waard aan de Arnhemse kant van de IJssel de ‘Polar Bears’ van het Gloucester Regiment de rivier over. De Duitse opponenten hadden door de nacht en de zware regenval slecht zicht op de Britse soldaten. Die versterkten dat nogmaals door de aanleg van rookgordijnen: de ‘Tweede Slag om Arnhem’ was begonnen. Wordt vervolgd in Verleden Vandaag 13 april

Voor het opblazen van de Rijndijk bij Elden in het kader van Fall Storch, zie Verleden Vandaag van 2 december.

Geallieerde legerkaart Westervoort-Arnhem, maart 1945
Deze uitsnede uit een kaart van het Canadese leger uit maart 1945 toont de situatie rondom de IJsseloversteek. Er werd gebruik gemaakt van de vroegere landhoofden van het IJsselveer.
© Ministerie van Defensie van Canada / Laurier Military History Archive (LMH). CC0 licentie, auteursrechtenvrij).
Artilleriebeschieting Geitenkamp, april 1945
Na de oorlog barstte er een discussie los of de verwoestende artilleriebeschietingen op een vrijwel lege stad wel nodig was geweest. Alleen op de Geitenkamp was door de Duitse bezetter bewoning toegestaan. De geallieerden informeerden in de nacht van 9 op 10 april met strooipamfletten de bewoners voor de aanstaande granaataanvallen. De biljetten bereikten de wijk via afgeschoten granaatkartetsen.
© NIOD, 2-N14A-1 (collectie strooibiljetten). Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

Verleden Vandaag 13 april
De bevrijding van Arnhem: dag 2, vrijdag 13 april 1945

Tank op het ENKA-terrein, 13 april
De Canadese Churchill AVRE-tanks maakten uiteindelijk het verschil op het AKU-terrein. Na een dag van felle gevechten werd het fabriekscomplex op de Kleefse Waard veroverd.
© IWM BU-3410, fotograaf Sgt. C.H. Hewitt, No. 5 Army Film and Photo Section, Army Film and Photographic Unit.(Imperial War Museum. CC0 licentie, auteursrechtenvrij).
Eusebiusbuitensingel, 13 april
Op vrijdag 13 april reikte de geallieerde aanval tot de Eusebiusbuitensingel. De Muziekschool, op de hoek van de singel en de Boulevard Heuvelink, werd in de gevechten totaal verwoest.
© Gelders Archief: 1584-327, fotograaf Nico Kramer. CC-BY-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).

Verleden Vandaag 13 april
De bevrijding van Arnhem: dag 2, vrijdag 13 april 1945
In een reeks van vijf dagbeschrijvingen belichten we de bevrijding van Arnhem in april 1945. Vandaag dag 2.

Na de oversteek van de eerste eenheden over de IJssel volgden nog twee bataljons van het Gloucester Regiment van de Britse 49eWest Riding’ infanterie divisie. Zij maakten deel uit van het Eerste Canadese Leger, tweede legerkorps, onder leiding van luitenant-generaal Henry Crerar (leger) en luitenant-generaal Charles Foulkes (tweede korps). Deze bevelhebbershiërarchie van de Britse 49’ers, die zich tooiden met de bijnaam ‘Polar Bears’, zorgde er voor dat na de oorlog veel mensen dachten dat de Canadezen de ‘Polar Bears’ waren. Dit is dus een misverstand, de echte ‘ijsberen’ kwamen uit Engeland.

Nadat het oversteekgebied veilig gesteld was, werd in de IJssel een Bailey-pontonbrug vanuit Doornenburg ingevaren. Vanaf 10.15 uur konden ook de tanks van de 5e Canadese Tankdivisie richting Arnhem oprukken.
Dat was hard nodig want op het AKU/ENKA-terrein op de Kleefse Waard boden verschanste Duitse soldaten hardnekkig tegenstand. De tanks maakten echter het verschil en rond 18.00 uur was het fabrieksterrein veroverd.
Andere eenheden trokken, al vechtend, via twee lijnen op naar het stadscentrum. Via de Johan de Wittlaan wist men ’s avond de Eusebiusbuitensingel te bereiken.
Twee compagnieën trokken via de spoorviaducten in de Vosdijk naar het noorden. Via Plattenburg en Angerenstein bereikten ze  rond 21.00 uur de Saksen-Weimarkazerne aan de Monnikensteeg/Schelmseweg. De D-Compagnie van het Hallamshire Regiment kwam om 23.00 uur bij het kruispunt Apeldoornseweg-Waterbergseweg aan.
De tweede dag van de ‘Tweede Slag om Arnhem’ kostte uiteindelijk de geallieerden de meeste dodelijke slachtoffers van de hele bevrijdingsoperatie: 48 Britse en Canadese soldaten verloren het leven. Een veelvoud van Duitse soldaten kwam om.
Bijzonder op deze dag waren de vernietigende beschietingen van de wijk Geitenkamp. Daar verbleven o.a. de Arnhemmers die, al dan niet gedwongen, deel uitmaakten van het bestuur van de Duitse bezetter. De wijk kreeg daarom na de oorlog ten onrechte de bijnaam ‘NSB-wijk’. Door de granaatbombardementen werden vielen huizen vernield. Bovenal waren dertien dodelijke slachtoffers te betreuren.
De geallieerden konden zich vrijdagnacht 13 april opmaken voor de verovering van de binnenstad.

Verleden Vandaag 14 april
De bevrijding van Arnhem: dag 3, zaterdag 14 april 1945

Gevechten hoek Oude Kraan-Bergstraat, 14 april
Het tweede bataljon van het Essex Regiment probeert een groep Duitse sluipschutters uit te schakelen. We zien rechts nog juist een stukje van de luifel van het Grand Hotel Soleil. Aan de andere kant van de Bergstraat is vrijwel niets meer over van het prachtige winkelpand van banketbakker-chocolatier M.P.J. van der Velden. De prachtige koepel op het dak is helemaal weggeschoten,
© IWM BU-3507, fotograaf Sgt. C.H. Hewitt, No. 5 Army Film and Photo Section, Army Film and Photographic Unit.(Imperial War Museum. CC0 licentie, auteursrechtenvrij).
Shermantanks op de Hommelseweg, 14 april
Vanaf de, een dag eerder veroverde, Apeldoornseweg-Waterbergseweg banen Shermantanks zich een weg naar de binnenstad. Ze zijn hier ter hoogte van het Staringplein met links café Atlanta. Boven op de tweede tank zit kapitein Robert Murray, de opa van de schenker van deze foto aan het Gelders Archief. Hij had het commando over zo’n tien tanks van The Governor Generals Horse Guards Regiment.
© Gelders Archief: 1501-2608, onbekende fotograaf, Fotocollectie Gelders Archief. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

Verleden Vandaag 14 april
De bevrijding van Arnhem: dag 3, zaterdag 14 april 1945
In een reeks van vijf dagbeschrijvingen belichten we de bevrijding van Arnhem in april 1945. Vandaag dag 3.

Op de vroege zaterdagochtend van 14 april stonden de Britse en Canadese eenheden aan de rand van de oude binnenstad. In het oosten van de stad waren Angerenstein en Monnikenhuizen veroverd. De Paasberg, Bronbeek, De Geitenkamp en Velp waren nog in Duitse handen.

Onder bescherming van tanks vechten de soldaten zich van huis tot huis zich naar de binnenstad. Vanaf de Hommelseweg rijden Shermantanks richting de Rijn en bij de Eusebiusbuitensingel zijn het Churchilltanks die zich een weg banen naar de andere kant van de stad. Duitse sluipschutters kunnen zich in elk huis bevinden en de tankcommandanten nemen geen risico. Bij de minste beweging vuren ze met hun tanks op elk huis dat verdacht oogt.
In het oosten van de stad worden De Paasberg en Bronbeek ontdaan van Duitse eenheden. De verwoestingen zijn totaal, maar aan het eind van de dag zijn de Duitse soldaten verdreven uit de binnenstad en de oostelijke wijken. Er worden bijna 200 krijgsgevangenen gemaakt.
Door de bevrijding van het stadscentrum is 14 april de officiële Bevrijdingsdag van Arnhem geworden. Maar veel wijken en natuurgebieden binnen de gemeentegrenzen zijn nog in Duitse handen. ’s Avonds maken de soldaten zich op voor de zuivering van het noorden de stad en opmars naar Schaarsbergen en Oosterbeek in het westen en Velp in het oosten.

Verleden Vandaag 15 april
De bevrijding van Arnhem: dag 4, zondag 15 april 1945

Burgers’ Dierenpark, mei 1945
Na de bevrijding  moesten de dieren van Burgers’ natuurlijk ook water hebben. Hier brengt in mei 1945 een Canadese tankwagen water. Rechts van de oude ingang aan de Schelmseweg staat een Universal Carrier (brencarrier)
© Gelders Archief: 1523-148-0011, fotograaf Nico Kramer, fotoalbums. CC-BY-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).
Ehrenfriedhof Zyendaal
Een jaar voor de start van operatie (Quick) Anger werd een Duitse militair op de begraafplaats in de hoek van de Schelmseweg en de Deelenseweg begraven.
Personeel van het Duitse radiopeilstation Teerose I (Terlet, bij Arnhem) brengen de laatste eer aan Obergefreiter Oskar Himmel (overleden op 13 maart 1944). Belangrijke gasten waren verder de generaals Martini en Kammhuber.
© Gelders Archief: 1560-2665, onbekende fotograaf, Fotocollectie Tweede Wereldoorlog. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Het Parool, 15 april 1945
In een gestencilde uitgave voor de regio Den Haag berichtte verzetsblad Het Parool op 15 april over de gebeurtenissen in Arnhem.
Het Parool, 15-4-1948. Via KB-site Delpher.

Verleden Vandaag 15 april
De bevrijding van Arnhem: dag 4, zondag 15 april 1945
In een reeks van vijf dagbeschrijvingen belichten we de bevrijding van Arnhem in april 1945. Vandaag dag 4.

Zaterdag 14 april waren het stadscentrum en enkele noordoostelijke wijken door soldaten van 49e ‘West Riding / Polar Bears’ Infanterie veroverd op de in Arnhem gelegerde Duitse een eenheden. In het noorden was het gebied rondom de Schelmseweg vanaf Alteveer richting Oosterbeek en Schaarsbergen nog in Duitse handen.
Vooral in de bossen ten noorden van de Schelmseweg hadden zich veel Duitse soldaten verschanst. Het kostte de geallieerden nog flink wat militaire inspanning om Burgers’ Dierenpark veilig te stellen en de bossen vrij te maken. Bijzonder waren de gevechten rondom de Duitse militaire begraafplaats Ehrenfriedhof Zypendaal. Vervolgens werd naar Schaarsbergen getrokken en konden de beweners op zondag 15 april hun bevrijders begroetten.

Verleden Vandaag 16 april
De bevrijding van Arnhem: dag 5, maandag 16 april 1945

Engelse terugblik op de bevrijding, april 1945
Het Engelse blad The Illustrated London News gaf een week na de bevrijding een overzicht van de strijd in Arnhem: van de oversteek van de IJssel tot de inname van de binnenstad. In de fotocollage werden de eerste en tweede slagen om Arnhem met elkaar verbonden ‘Avenging Men of the First Airnorne Division’: wraak voor de mannen van de Eerste Airborne Divisie.
© The Illustrated London News, 21-4-1945.
The Dutch are our allies!
Na de bevrijding verschenen overal in de stad Engelstalige verkeers- en informatieborden. Hieronder de aanwijzing dat de Nederlanders bondgenoten waren. Met andere woorden: laat hun spullen met rust.
© Gelders Archief: 1584-342, fotograaf Nico Kramer, Foto- en filmcollectie Nico Kramer. CC-BY-NC-ND-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).
Het Parool, 16 april 1945
In een paginagroot artikel gaf verzetsblad Het Parool een hartverscheurend verslag van de situatie in Arnhem. De meeste plunderingen waren inderdaad uitgevoerd door de bezetter. Vrachtwagens met huisraad waren door Duitse soldaten weggevoerd. Maar ook tientallen geallieerde soldaten namen een ‘aandenken’ uit de stad mee. Ook sommige achtergebleven en vroeg teruggekeerde geëvacueerde Arnhemmers konden af en toe de verleiding niet weerstaan om eigendommen van anderen ‘tijdelijk te lenen’.
Het Parool, 16-4-1948. Via KB-site Delpher.

Verleden Vandaag 16 april
De bevrijding van Arnhem: dag 5, maandag 16 april 1945
In een reeks van vijf dagbeschrijvingen belichten we de bevrijding van Arnhem in april 1945. Vandaag dag 5.

Na de geallieerde komst in Schaarsbergen verplaatste op maandag 16 april de frontlijn zich naar Oosterbeek, Apeldoorn, Velp en Doesburg. In Arnhem kon de balans worden opgemaakt en moest een nieuw gezag worden geïnstalleerd.
Over de exacte cijfers van militaire en burgerlijke slachtoffers van de bevrijdingsoperatie van vier dagen wordt nog steeds gediscussieerd. Aan geallieerde zijde waren er  100 Canadese en 51 Engelse soldaten gesneuveld en 134 gewond. Het aantal slachtoffers aan Duitse kant is helemaal onduidelijk. De schatting is dat er ongeveer 400 doden waren en dat er 1600 krijgsgevangen werden gemaakt. Doordat de stad, op de Geitenkamp na, helemaal geëvacueerd was, waren er slechts weinig burgerslachtoffers. Dertien bewoners van de wijk overleefden het granaatbombardement van 13 april niet.
De hevige bombardementen op de stad richtten uiteindelijk meer materiele schade aan dan de Slag om Arnhem in september 1944. Over de noodzaak en intensiteit van de bombardementen zijn de historici het onderling nog steeds oneens.

Het bestuurlijke vacuüm werd opgevuld door het Militair Gezag. Het zou bijna een maand duren voordat het Militair Gezag, de van zijn onderduikadres teruggekeerde wethouder, Chris Matser tot waarnemend burgemeester zou benoemen (9-5-1945).
Heel Arnhem lag in puin. Vrijwel geen huis van Lombok tot de Geitenkamp en van Malburgen tot Alteveer was gespaard gebleven. Van de ruim 26.000 woningen in de gemeente waren er slechts 156 onbeschadigd uit de oorlog gekomen. Ruim 3.500 huizen waren totaal verwoest.
De pogingen van het nieuwe bestuur om de geëvacueerde bevolking in behapbare aantallen terug te laten keren, mislukte. Zodra de Arnhemmers op hun evacuatie-adressen hoorden dat de stad bevrijd was, pakten ze hun weinige spullen bij elkaar en liepen terug naar hun woonhuizen van voor 25 september 1944.
Ze troffen een verwoeste en geplunderde ‘spookstad’ aan. De wederopbouw, de ‘Derde Slag om Arnhem’, kon beginnen.

Literatuur
Burgers, T., Waarom kostte Arnhems bevrijding zeven maanden?
In: Arnhems Historisch Tijdschrift, jrg. 39 (2019), nr. 3, p. 130-147.

Frequin, L., Knap, H.A.A.R. en W.H. Kruiderink, Arnhems Kruisweg.
Amsterdam 1946 (Uitgevrij Promotor).

Iddekinge, P.R.A. van, Arnhem 44/45.
Arnhem 1981 (Geldersche Boekhandel / Gouda Quint), p. 284-292.

Jacobs, I. D., Arnhem 40-45.
Zwolle 2014 (Uitgeverij WBooks), p. 82-91.

Kerkhoffs, B. van, Arnhem, stad van daklozen. Dossier ’44-’45.
Nijmegen 1981 (Vroom en Dreesmann).

Lunteren, F. De dubbele inzet van het Britse Hallamshire Regiment in april 1945.
In: Arnhems Historisch Tijdschrift, jrg. 33 (2013), nr. 1, p. 35-42.

Lunteren, F. van en P. van Lunteren, Arnhem de Genoeglijkste. Een verzamelalbum vol geschiedenis. Deel 2. De periode 1940-1945. Arnhem 2020 (Jumbo), p. 58-61.

Potjer, M. R., Zestig jaar geleden: de bevrijding van Arnhem, 12-15 april 1945.
In: Arnhem de Genoeglijkste, jrg. 25 (2005), nr. 1, p. 27-30.

Roelofs, B., Vernieling en Vernieuwing. De wederopbouw van Arnhem 1945-1964.
Utrecht 1995 (Uitgeverij Matrijs), p. 11-24.

Verleden Vandaag 17 april
Royale Eerste Paasdag, 2022 – 1963

Paasdiner in Royal, 1963
Helemaal links chef-kok Albert Baede van Royal. Het tweede gerecht van rechtsboven is de royale kervelsoep.
Het Vrije Volk, 10-4-1963
Royal, 1938
Het oude ‘Royal’ van voor de oorlog op het Willemsplein. Rechts de neoclassicistische gevel van de Thorbecke-HBS.
© Gelders Archief: 1500-5132, prentbriefkaart van TEBA te Groningen. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

Oudere Arnhemmers, en ‘Arneym’ rekent zich daar ook onder, denken nog met weemoed terug aan het vroegere café-restaurant Royal op het Willemsplein. ‘Stokoude’ Arnhemmers herinneren zich nog het Royal van voor de oorlog. Het terras van de creatie van architect Willem Diehl was jarenlang ‘the place to be’. Na jarenlang tobben met de horeca op die plek, is het nu met ‘Stan en Co’ weer die hotspot die het vroeger was. Op deze Eerste Paasdag 2022 kijken we naar het naoorlogse Royal. Wat stond in 1963 op het paasmenu? Een special van Het Vrije Volk en andere kranten van dat jaar geeft uitsluitsel. Onder de verzameling Nederlandse topkoks die hun mooiste paasgerecht demonstreren, is ook chef-kok A.A. (Albertus Alfonsus) Baede van het Arnhemse Royal. Hij presenteert zijn ‘Kervelsoep Speciale’. Baede was niet de minste. Voordat hij in Arnhem de leiding had over de potten en pannen in Royal, was hij kok geweest bij ‘t Goude Hooft’ op de Groenmarkt in Den Haag.

Royal, 1955
Het nieuwe ‘Royal’ kort na de opening. De witte gevel van de HBS zou vier jaar later een prooi worden van de sloophamer. Op de voorgrond de voetgangerstunnels bij de Jansstraat van het Willemsplein. De onderdoorgangen bij de Zijpsepoort zijn niet te zien op deze foto.
© Gelders Archief: 1501-04-18402, fotograaf Dick Renes, fotocollectie voormalig gemeentearchief Arnhem. CC-BY-NC-ND-4.0 licentie.
Willemsplein, 1965
Luchtopname met rechts, sinds 1961, de AKU-fontein op de plaats van de Thorbecke HBS. Daarnaast Royal.
© Gelders Archief: 1523-262-0074, fotograaf onbekend,
Dienst Stadsontwikkeling gemeente Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

18-4-1859 (zaterdag)
‘Nieuwe Weeshuis’ op Roermondsplein

Nieuwe Weeshuis, 1865
Het weeshuis stond op het Roermondsplein tussen de Rijnstraat en de Oude Kraan. Rechts van het gebouw liep nog de verdwenen Ridderstraat. Voor het weeshuis stonden paaltjes waar tijdens de veemarkt de dieren aan vastgebonden konden worden. Die ‘Beestenmarkt’ werd vanaf 1843 hier gehouden, nadat de verkoop eeuwenlang op de Jansplaats was gesitueerd.
© Gelders Archief: 1523-229-0052, onbekende fotograaf, fotoalbums Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Nieuwe Weeshuis, 1959
Het weeshuis tijdens de sloop in 1959. Boven de ingang prijkt nog de naam, maar het dak is er letterlijk er al vanaf.
© Gelders Archief: 1501-11093, fotograaf Gemeentepolitie Arnhem, Fotocollectie Gelders Archief. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Nieuwe Weeshuis 300 jaar, 1938
De tekst van het Gelders Archief bij de repro uit De Spiegel luidt:
Onder veel belangstelling is het feit herdacht, dat Arnhem’s “Nieuwe Weeshuis” aan het Roermondsplein drie eeuwen lang aan ouderloze een tehuis verschaft heeft. Thans zijn daar nog 30 a 40 kinderen. Onze fotograaf kiekte bij de feestelijke receptie de huisvader de heer E. Baart temidden van zijn blijde, feestvierende kinderschaar. De twee kleintjes op de arm van hun weesvader hebben nog de meeste pret bij deze gemoedelijke receptie.’
© Gelders Archief: 1583-12716, De Spiegel 7-1-1939,  Fotocollectie voormalig gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

18-4-1859 (zaterdag)
‘Nieuwe Weeshuis’ op Roermondsplein
Het ‘Nieuwe Weeshuis’ bestond al meer dan 200 jaar toen het op zaterdag 18 april verhuisde van het oude ‘Huis achter de Rodenburg’ naar een nieuw gebouw op het Roermondsplein.
In 1638 stelde hopman (kapitein) Jacob de Wilt (van De Wiltstraat in St. Marten) geld beschikbaar om een weeshuis te stichten voor kinderen waarvan de gestorven ouders niet het volledige burgerrecht hadden. Want die laatste groep jeugdigen van de meer welgestelden kon terecht in het Burgerweeshuis. Het ‘Nieuwe Weeshuis’ werd ook wel het Armenweeshuis genoemd en dat gaf al aan uit welke bevolkingsgroep de kinderen kwamen: ‘voor kynderen, naeghelaeten bij schamele ouderen, geen borgheren deser stat’. Deze wezen betrokken in hun staalgrauwe lakense kleding met rode kraag in 1859 een nieuw onderkomen. Precies honderd jaar deed het gebouw dienst en toen werd het inmiddels bouwvallige, door de oorlog sterk beschadigde pand, gesloopt.

Literatuur
Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 105.

Markus, A., Arnhem omstreeks het midden der vorige eeuw. Met geschiedkundige aantekeningen.
Arnhem 1975 ongewijzigde herdruk van 1906 (Uitgeverij Gijsbers & Van Loon), p. 353, 404.

Staats Evers, J.W., Beschrijving van Arnhem. 
Arnhem 1868 (Uitgeverij Is. An. Nijhoff & Zn. / Ongewijzigde facsimile herdruk Europese Bibliotheek Zaltbommel, 1970), p. 139-141.

Vredenberg, J.P., Als off sij onse eigene kijnder weren. Het Burgerweeshuis te Arnhem 1583-1742.
Arnhem 1983 (Gemeentearchief Arnhem), p. 122-127.

19-4-1982 (maandag)
KEMA-affaire: start grondafgraving

Grondafgraving KEMA-terrein, 1982
Een verrijdbare overkapping moest voor een veilige afgraving van de vervuilde grond zorgen.
© Gelders Archief: 1544-12540-0002, fotograaf Gerth van Roden, CC-BY-NC-ND-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).
Blokkade ingang bij KEMA-terrein, 29-03-1984
In Arnhem was een actieve afdeling van de Anti Kernenergie Beweging (AKB). Behalve de (mede-)organisatie van demonstraties naar Dodewaard, Borssele, Almelo en Kalkar werd ook menigmaal het KEMA-complex bezocht door de activisten. Hier een blokkade van de ingang in 1984 onder de leus ‘Weiger Atoomstroom’.
© Gelders Archief: 1544-17430-0003, fotograaf Gerth van Roden, CC-BY-NC-ND-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).

19-4-1982 (maandag)
KEMA-affaire: start grondafgraving
Het is al weer veertig jaar geleden dat op maandag 19 april op het KEMA-terrein aan de Utrechtseweg men begonnen met het voorzichtig afgraven van een deel van het terrein. Het was een voorlopig sluitstuk van een jarenlange strijd over de aanwezigheid van radioactief afval op het terrein. Dat afval was, sinds, de in gebruik name van twee kerntestreactoren in 1957, tot 1972 daar in kuilen op het parkachtige bedrijfsterrein begraven. De kinderen van de  familie Bax die in een dienstwoning op het terrein woonden, kwamen in aanraking met het kankerverwekkende afval en zoon Ruud overleed op 22-jarige leeftijd aan kanker.
Alarmerende berichten van de familie Bax en andere omwonenden werden eerste genegeerd, totdat er in een VPRO-tv-programma van documentairemaker Cherry Duyns aandacht aan werd besteed. Twee jaar later werd alsnog besloten tot het afgraven en het onderzoeken van het terrein. Die afgraving begon op maandag 19 april 1982.

Literatuur
Roelofs, B., De was buiten hangen. Arnhemse kwesties 1970-2000.
Utrecht 2020 (Uitgeverij Matrijs), p. 43-46.

20-4-1671 (maandag)
Afslag van de Santberg bij Onderlangs

Santberg / Sinckenberg, 1741
Op deze met waterverf ingekleurde tekening is ‘Onderlangs’ niet meer dan een smal (jaag)pad dat bij hoog water blank staat. De inham links in de stuwwal is de Sinckenbergh, het in 1660 ingestorte deel van de huidige Utrechtseweg.
Maker: Jan de Beijer, De Stadt Arnem langens den Rhijn.
© Gelders Archief: 1551-3850, Topografisch-historische atlas Gelderland. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Santberg met Joodse begraafplaats, 1782
De Doesburgse schilder Derk Jan van Elten (1750-1807) schilderde in 1782 de Santberg met de Joodse begraafplaats. Vanaf de openbare weg mochten de graven niet te zien zijn. Daarom werd een houten schutting rondom de dodenakker geplaatst.
© Museum Arnhem: GM 03390. CC-BY-NC-ND-4.0 licentie (alle rechten voorbehouden).

20-4-1671 (maandag)
Afslag van de Santberg bij Onderlangs
De Rijn bleek in de 17e eeuw moeilijk te beteugelen. Bij stormen en hoog water schuurde de rivier de heuvels van de Veluwezoom flink uit. Een kwetsbare plek was ‘Bovenover’ toen de weg bij ‘Onderlangs’ nog niet was aangelegd. Die heuvel werd de Santberg genoemd, ook omdat de pottenbakkers van de stad daar graag hun grondstof vandaan haalden.
Bij de Santberg maakt de rivier een flauwe bocht en in 1660 was het raak. Door een hevige stormwind stortte een flink deel van de, door het rivierwater toch al ondermijnde, Sandberg in. Het ingestorte deel kreeg de naam Sinckelenbergh. Het was dan ook geen wonder dat op maandag 20 april 1671 besloten werd om de voet van de heuvel te beplanten om verdere afslag te voorkomen.
In 1755 kreeg de joodse gemeenschap in Arnhem toestemming om daar, buiten de stadsmuren, een kerkhof in te richten. Deze is nog steeds te bezoeken.
Onderlangs, zoals we dat nu kennen, stamt uit 1838 toen er in de rivier kribben werden aangelegd en van het smalle jaagwandelpad een bredere weg werd gemaakt.

Literatuur
Kooger, H., Rondom den Brink. Zwerven door West-Arnhem.
Arnhem 1987 (KEMA), p. 44-46.

Markus, A., Arnhem omstreeks het midden der vorige eeuw. Met geschiedkundige aantekeningen.
Arnhem 1975 ongewijzigde herdruk van 1906 (Uitgeverij Gijsbers & Van Loon), p. 343, 476-477.

Nijhoff, P., Inventaris van het Oud Archief der Gemeente Arnhem
Arnhem 1864 (Uitgeverij Is. An. Nijhoff & Zoon), p. 459.

21-4-1866 (zaterdag)
Gezondheidscommissie kan cholera-epidemie niet voorkomen

Waterpomp bij de Langstraat, ca. 1900
Openbare waterpomp in de voormalige Koopmansstraat, tussen de Langstraat en de Weerdjesstraat. We kijken richting de Weerdjesstraat. Direct rechts naast de pomp een gezamenlijk privaat dat als ‘wc’ diende. De uitholling in het plaveisel was deel van het ‘open goten stelsel’ dat als riolering fungeerde.
© Gelders Archief: 1583-3928, Fotocollectie voormalig gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Cholera, 19e eeuw
De Arnhemmer Alexander Ver Huell gaf in 1884 deze persoonlijke impressie van de dodelijke ziekte,
© Gelders Archief: 2039-4206-0042, Archief Alexander Ver Huell. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

21-4-1866 (zaterdag)
Gezondheidscommissie kan cholera-epidemie niet voorkomen
In de 19e eeuw was Nederland geregeld in de greep van een cholera-epidemie. In de jaren 1833, 1849, 1853, 1859, 1866, 1888 en 1892 sloeg de besmettelijke bacteriële ziekte toe. Vooral die van 1866 maakte in ‘luxe-stad ’Arnhem verhoudingsgewijs veel dodelijke slachtoffers. Stierf voor heel Nederland 0,7% van de bevolking aan de cholera, in Arnhem was dit 1,5%. Die trieste koppositie had Arnhem te danken aan het lakse conservatief-liberale gemeentebestuur die weigerde te investeren in een goed waterleidings- en rioleringsnet. Want vervuild water was de oorzaak van de dodelijke besmetting en door het ontbreken van een waterleidingnet maakten de mensen gebruik van één van de 46 openbare waterpompen. Slechts de welgestelden hadden een persoonlijke waterpomp. In de sloppen van de Langstraat, Klarendal en Rietebeek (Spijkerkwartier rondom Boekhorstenstraat) Daarnaast was er ook geen ondergrondse riolering voor de afvoer van poep en pies. De gemeenschappelijke ‘poeptonnen’ stonden vaak bij de waterpomp en dat was besmetting slechts een kwestie van tijd.

Toen in het voorjaar van 1866 de eerste berichten van een nieuwe choleragolf Arnhem bereikten, sloeg de schrik het stadsbestuur om het hart. Op zaterdag 21 april besloot de gemeenteraad tot het instellen van een gemeentelijke gezondheidscommissie, de gemeentelijke voorloper van de huidige landelijke GGD. Tevergeefs: in het najaar stierven ruim 400 Arnhemmers aan de ‘Aziatische braakloop’. Pas zeventien jaar later werd de eerste aanzet gegeven tot het waterleidingnet. Op de riolering moesten de Arnhemmers nog langer wachten.
Literatuur
Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 115.

Laar, E. van, Hoop op gerechtigheid. De arbeiders en hun organisaties in Arnhem gedurende de tweede helft van de negentiende eeuw.
Arnhem 1966 (Uitgeverij Gemeentearchief Arnhem), p. 41.

Osterloh, Y., Sterfte en de stad: het effect van maatregelen tegen cholera en dysenterie op sterftecijfers in Arnhem, 1850-1900.
Nijmegen 2020 (Online gepubliceerde masterscriptie Radboud Universiteit).URL: https://theses.ubn.ru.nl/bitstream/handle/123456789/10435/Osterloh%2C_Y.M._%28Yvo%29_1.pdf?sequence=1, geraadpleegd o.a. 18-4-2022.

Verhoeven, S., Toezien, vastleggen en bestrijden. Infectieziekten en het geneeskundig toezicht in Gelderland in de negentiende eeuw.
In: Bijdragen en Mededelingen Gelre, deel 111 (2020), p. 169-196.

Stedelijk Ziekenhuis, 1911
Tussen 1847 en 1931 stond het Stadsziekenhuis aan de Eusebiusbinnensingel. In het ontwerp van stadsarchitect H. J. Heuvelink sr. werden in 1866 de meeste cholerapatiënten verpleegd.
© Gelders Archief: 1523-117-0011, Fotograaf Emil van den Kerkhoff, Fotoalbums. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Arnhem, 1860
Rechtsonder het Stedelijk Ziekenhuis.
© Gelders Archief: 1506-7882, Kaartenverzameling Gemeente Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

22-4-1786 (zaterdag)
Verbranding patriots blad op schavot voor stadhuis

Verbranding Post van den Neder-Rhijn, 1786
Alle exemplaren van nummer 433 van het blad werden in beslag genomen en door de Arnhemse scherprichter ‘tot asse’ verbrand.
Jan Lucas van der Beek, naar Jacobus van Meurs, ‘t Verbranden van den Post van den Neder-Rhijn te Arnhem (1786).
© Rijksmuseum Amsterdam, FMH 4707, RP-P-1907-3972. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
‘Oude’ Stadhuis op de Markt, 1790
Vanaf het balkonnetje aan de voorzijde werden de belangrijkste besluiten hardop voorgelezen. Voor de executie van De Post van den Neder-Rhijn werd in 1786 een speciaal schavot voor het stadhuis gebrouwd.
Hier zien we op een anonieme tekening uit 1902 het oude vervallen stadhuis nog in relatieve glorie. De gotische toren werd ruim voor de algehele sloop, in 1802, wegens bouwvalligheid neergehaald.
© Gelders Archief: 1551-2956, Topografisch-Historische Atlas. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

22-4-1786 (zaterdag)
Verbranding patriots blad op schavot voor stadhuis
Op het schavot voor het ‘Oude Stadhuis’ op de Markt vonden tot het begin van de negentiende eeuw de uitvoeringen van de vonnissen plaats. De scherprichter voerde hier de lijf- en doodstraffen uit.

Eén van de bijzonderste executies vond plaats op zaterdag 22 april 1786. De beul verbrandde toen in het openbaar alle exemplaren  van het weekblad De Post van den Neder-Rhijn (nr. 433). In dat blad van de patriotten had een onbekende schrijver fel uitgehaald naar het Arnhemse stadsbestuur en daar was de magistraat niet van gediend.
De verbranding was één van de vele gebeurtenissen in de strijd tussen de patriotten en prinsgezinden tussen 1782 en 1787. In het laatste jaar werden de patriotten door het Pruisische leger verdreven. Acht jaar later kwamen ze met het Franse leger terug en in de Bataafse Revolutie moesten de stadhouder, prins Willem V, en zijn aanhangers het veld ruimen.
Die anonieme schrijver bleek later de Arnhemmer Steven van Bronkhorst (1763-1826) te zijn. Die schopte het in de 1813 nog tot commissaris van de politie van de stad, maar bleef het krantenwerk trouw. Hij was in 1814 één van de oprichters van de Arnhemsche Courant.

Literatuur
Aalbers, P.G., Justitiae Sacrum. Zeven eeuwen rechtspraak in Arnhem.
Utrecht 1998 (Uitgeverij Matrijs), p. 72-74.

Ketelaar, S. Centrum van rechtspraak, straf en openbare orde.
In: Boonstra, O. en Lunteren, P. van (red.), De Markt van Arnhem. 800 jaar wonen, werken, besturen en bezoeken. 
Hilversum 2017 (Uitgeverij Verloren), p. 93-118, p. 106.

Theeuwen, P.J.H.M., Pieter ’t Hoen en De Post van den Neder-Rhijn (1781-1787).
Hilversum 2002 (Uitgeverij Verloren), p. 43-44 en 459-464.

Wissing, P. van, Stad op drift: politiek tussen 1700 en 1815.
In: Keverling Buisman, F. (red.), Arnhem van 1700 tot 1900.
Utrecht 2009 (Uitgeverij Matrijs), p. 54-90, p. 78-81.

23-4-1912 (dinsdag)
Koninklijk ‘bevallig lachen en vriendelijk neigen’

Erespoort Apeldoornseweg, 1912
De fraaie erepoort voor de hoofingang van Sonsbeek aan de Apeldoornseweg ter gelegenheid van het koninklijk bezoek.
© Gelders Archief: 1583-10268, uitgave Sandtmann & Co., Fotocollectie voormalig gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Koninklijk noenmaal
Het warme middageten mocht ook niet ontbreken. In de raadszaal van het stadhuis konden de uitverkoren voor dit noenmaal kiezen uit vis, lamsvlees of gevogelte. Ook had men de keus uit drie desserts.
Uit: Arnhemsche Courant, 23-12-1912. Via KB-site Delpher.

23-4-1912 (dinsdag)
Koninklijk ‘bevallig lachen en vriendelijk neigen’
Meer dan drie volledige krantenpagina’s wijdde de Arnhemsche Courant in haar avondeditie van dinsdag 23 april 1912 aan het bezoek aan Arnhem die dag van de 31-jarige koningin Wilhelmina en haar echtgenoot prins Hendrik.

Alles was uit de kast gehaald om de koninklijke gasten vorstelijk te onthalen. Van een fraaie Erepoort op de Apeldoornseweg bij de ingang van Sonsbeek tot het afnemen van een defilé door de koningin op de Markt. Vanaf het bordes van de ambtswoning van de commissaris van de koningin, Huis Anderlecht, aanvaardde de koningin de vele huldeblijken ‘met bevalling lachen en vriendelijk neigen’.

Hoogepunt was de rondrit in de koninklijke rijtuigen door de stad. Overal werden door kinderen – zoals Dikkie en Dina Sonneveld – bloemen aangeboden aan het vorstenpaar, waren erebogen gebouwd en zongen verschillende kindergroepen de koninklijke hoogheden toe. Uitgestapt werd o.a. bij het Kinderziekenhuis aan de Catharijnestraat, de weesafdeling van Insula Dei aan de Beekstraat en de firma W.J. Stokvis aan de Vijfzinnenstraat. Na een rondgang door de fabriek verleende de koningin het predicaat ’Koninklijk’ aan het bedrijf. Rond half zes keerde het koninklijke gevolg terug naar Paleis ’t Loo.

Literatuur
Arnhemsche Courant, 23-12-1912.

Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 142.

24-4-1965 (zaterdag)
Overlijden baronesse Van Verschuer

Jacoba barones van Verschuer, 1963
Jacoba van Verschuer op 78-jarige leeftijd.
© Particuliere collectie, fotograaf Louis Drent (alle rechten voorbehouden).
Opvang ‘De Drempel’
Op de hoek van de Parkstraat en Bleekstraat was tussen 1953 en 1966  het opvanghuis ‘De Drempel’ gevestigd. De vanouds hervormde Vereniging ‘Kinderzorg’ met Jacoba van Verschuer als bestuurslid had hiervoor gezorgd. Bij de opening werden de verdiensten en inzet van de dan 68-jarige freule geroemd: ‘Hoe vele kinderen hebben bij U hun hart uitgestort en hoe vaak hebt gij hen als een moeder getroost’.
© Gelders Archief: 1500-1895, Uitgever Jos Pé. Prentbriefkaarten Collectie Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Overlijdensbericht, 1965
Uit: Trouw, 27-4-1965. Via KB-site Delpher.

24-4-1965 (zaterdag)
Overlijden baronesse Van Verschuer
Op zaterdag 24 april 1965 overleed op 80-jarige leeftijd de alom gerespecteerde Jacoba barones van Verschuer. Haar adellijke titel dankte ze aan haar ouders. Haar vader was ook al baron Van Verschuer en haar moeder was barones Van Balveren en vrouwe van Mariënwaerdt. Op die laatste heerlijkheid in de Betuwe bij Beesd logeerde Jacoba geregeld in de zomermaanden, maar na haar studie rechten in Utrecht woonde ze vanaf 1909 de rest van haar leven aan de Jansbuitensingel 27 in Arnhem. Ze bleef ongehuwd en werd daarom ook met freule aangesproken.
Tijdens haar promotieonderzoek bleek al haar maatschappelijke interesse, want ze promoveerde met het proefschrift ‘Kinderrechtbanken’. Jacoba van Verschuer was vervolgens tientallen jaren actief in de kinderzorg en kinderbescherming. Ze was meer dan 40 jaar bestuurslid van Pro Juventute dat in Arnhem kantoor hield op de Zijpendaalseweg 1d. Maar toen ze al 68 jaar was opende ze als bestuurslid van de ‘Vereniging Kinderzorg’ in de Parkstraat een nieuw opvangtehuis voor meisjes: ‘De Drempel’ in de Parkstraat 1a. Dertien jaar later, in 1966, verhuisde het internaat naar Velp.
Ook de armenzorg maakte gebruik van haar bestuurlijke talenten en was ze o.a. 25 jaar voorzitter van de ‘Vereniging Armenzorg’.

Literatuur
Driessen, A., Verschuer, Jacoba Albertina barones van.
In: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. 
URL: http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Verschuer [27/06/2016], geraadpleegd o.a. 23-4-2022.

Leppink, G.B., Jacoba van Verschuer (1884-1965) en haar rol in het Arnhemse maatschappelijke leven.
In: Schulte-Van Wersch C.J.M. en T. Gitsels (red.), Arnhem. Elf facetten uit de 19de en 20ste eeuw. Zutphen 1983 (De Walburg Pers), p. 90-114.

25-4-1827 (woensdag)
Joodse begraafplaats De Valk Utrechtseweg

Joodse begraafplaats De Valk, 1855
Begraafplaats De Valk ligt juist boven de twee boompartijen. Rechtsonder is een stukje van de Utrechtseweg te zien. Litho, Panorama van Arnhem vanuit het westen, van waarschijnlijk Julius Gottheil.
© Gelders Archief: 1553-4, J. Gottheil, Topografische-historische Atlas van het Gemeentearchief Arnhem.
Joodse begraafplaats ‘De Valk’, 1832
Moderne luchtfoto met de kadastrale gegevens van 1832.
© Hisgis website, bewerking Jan de Vries 2022.
Utrechtseweg, 1874
Omgeving van de twee Joodse begraafplaatsen in 1874.
Uitsnede van Sloten, P.K.P.J. van, Topographische kaart der gemeente Arnhem, enz. (1874).
© Gelders Archief: 0509-215, Kaartenverzameling. Public Domain Mark 1.0 licentie.

25-4-1827 (woensdag)
Joodse begraafplaats De Valk Utrechtseweg
Wie rond 1850 met de trein van Utrecht naar Arnhem reisde, zag vlak voor de aankomst aan de rechterzijde van het spoor een houten schutting. Daarachter bevond zich een joodse begraafplaats.

De oudste Joodse begraafplaats lag op de Sinckenbergh, direct ten zuiden van de Utrechtseweg een 150 meters verder richting Oosterbeek (zie Verleden Vandaag 20 april). Deze was, na een gebruik van 75 jaar, rond 1825 te klein geworden.
De gemeenteraad gaf daarom op zaterdag 25 april 1827 toestemming aan de Joodse Gemeente in Arnhem om achter de muur van het particuliere kerkhof bij het huis ‘de Valk’ (eigendom van de familie Prins) tussen Hotel Bellevue en de Brugstraat een nieuw Israëlitisch Kerkhof in te richten.
De oppervlakte van deze begraafplaats was ook niet groot en daarom maar kort in gebruik geweest. In 1858 kregen de Joden een plaats op het kerkhof op Onder de Linden bij het huidige Talmaplein toegewezen. De joodse begraafplaats De Valk werd geruimd in 1966.

Literatuur
Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 95.

Kooger, H., Rondom den Brink. Zwerven door West-Arnhem.
Arnhem 1987 (KEMA), p. 44-46.

Markus, A., Arnhem omstreeks het midden der vorige eeuw. Met geschiedkundige aantekeningen.
Arnhem 1975 ongewijzigde herdruk van 1906 (Uitgeverij Gijsbers & Van Loon), p. 343, 468, 476-477.

26-4-1909 (maandag)
Verbreding Apeldoornsestraat tot 25 meter

26-4-1909 (maandag)
Verbreding Apeldoornsestraat tot 25 meter
Nadat vanaf 1880 Willem F.M.A.H. baron van Heeckeren (1858-1915) door schandalen in geldnood was gekomen (zie Verleden Vandaag 1 februari) moest hij flinke delen van zijn enorme grondbezit verkopen. De bouwontwikkelaars en architecten Van Gendt en Nieraad kochten van hem het terrein wat nu St. Marten en het zuidelijke benedenste deel van het Sonsbeekwartier is. Ze bouwden er huizen en vooral aan de oostzijde van de Apeldoornseweg verrezen prachtige villa’s en herenhuizen waarin de neorenaissance de boventoon voerde. De Apeldoornseweg werd, met de herenhuizen en een brede middenberm vol bomen, de Avenue Royale van de stad.
Toen bovendien vanaf 1900 het autoverkeer toenam, moest ook de Apeldoornsestraat als verbindingsstuk tussen de stad en de Apeldoornseweg achter het spoorviaduct (Apeldoornsepoort) worden verbreed. De gemeenteraad besloot daarom op maandag 26 april 1909 de straat een breedte te geven van 25 meter.

Apeldoornsestraat, 1910
De Apeldoornsestraat, gezien vanaf het spoorviaduct richting het Velperplein en de Jansbuitensingel, na de verbreding.
© Gelders Archief: 1500-109, Uitgave Wilhelm Reinier Weenenk & Snel. Prentbriefkaarten Collectie Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

Verleden Vandaag 27 april 
Koningsdag en Koninginnedag jaren zestig

Programma Koninginnedag, 1960
Uit: Arnhemsche Courant, 27-4-1960.
Via KB-site Delpher.
Verslag Koninginnedag, 1960
Uit: Arnhemsche Courant, 2-5-1960.
Via KB-site Delpher.
Groot formaat: https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB19:000323024:mpeg21:p00008
Akkerwindestraat, 1975
De Akkerwindestraat in Malburgen-Oost was de uitvalsbasis voor ‘Arneym’ tussen 1963 en 1973 voor de koninginnedagactiviteiten.
© Gelders Archief: 1524-101, fotograaf gemeentearchief, Diacollectie Gemeentearchief Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

Verleden Vandaag 27 april 
Koningsdag en Koninginnedag jaren zestig
Onder koningin Juliana (staatshoofd 1948-1980) en Beatrix (regeerperiode 1980-2013) heette de verjaardag van het vorstelijke staatshoofd Koninginnedag en was drie dagen later dan de huidige Koningsdag op 27 april. De dertigste april was de verjaardag van koningin Juliana en de in januari geboren Beatrix nam deze dag mee als viering van haar geboortedag. 31 januari werd toch als wat te koud gezien voor allerlei festiviteiten.
‘Arneym’ vierde als klein jongetje in de jaren zestig van de vorige eeuw de Koninginnedag vooral in Malburgen-Oost. Aan alle kinderspelen werd meegedaan: eierlopen, zaklopen, koekhappen, versierde fietsenoptocht, enz. enz.

28-4-1883 (zaterdag)
Waterleiding moet waterpomp vervangen

Waterpomp, 1876
Vanaf de negentiende eeuw waren de waterpompen niet meer de gemetselde waterputten. Hardstenen of gietijzeren kasten sierden het straatbeeld, zoals de afgebeelde pomp in de Bentinckstraat. In de kasten pompten Nortonbuizen dieper gelegen, en dus schoner, water op. Desalniettemin lag besmetting op de loer, want naast de pompen was via een ‘open-goten-stelsel’ de afvoer van hemel- en vervuild huiswater.
© Gelders Archief: 1583-3925, fotograaf onbekend, Fotocollectie Gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Waterpomp bij ‘Klaagmuur’, ca. 1900
Visverkoopster Trui (links) en buurtgenote Maria Smaak staan tijdens het ‘drie emmertjes water halen op klompen’ bij de zwengelwaterpomp op de Molenkom het leven door te nemen.
Het waterleidingnet bereikte langzaam alle delen van de stad. De sloppenwijken rondom de Langstraat en de armere woongebieden in Klarendal en het Spijkerkwartier moesten tot in de 20e eeuw wachten. De waterpomp op de Molenkom tussen de Oeverstraat en het Roermondsplein/Ridderstraat werd tot in de twintigste eeuw gebruikt.
© Gelders Archief: 1583-13929, fotograaf onbekend, Fotocollectie Gemeentearchief Arnhem 2. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Oorkonde met geschiedenis van het waterleidingnetwerk, 1882-1885
Bij de opening van het waterleidingnet in 1885 werd in een oorkonde met de geschiedenis en van het waterleidingnetwerk beschreven. Daarin ook het besluit van de gemeenteraad van 28 april 1883.
© Gelders Archief: 1506-7707, Arnhemse Waterleiding Maatschappij, kaartenverzameling Gemeente Arnhem. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

28-4-1883 (zaterdag)
Waterleiding moet waterpomp vervangen
De aanleg van een stedelijke ondergrondse waterleiding had in de tweede helft van de negentiende eeuw nogal wat voeten in de aarde. Na verschillende cholera- en difterie-epidemieën was iedereen er wel van overtuigd dat de achtenveertig openbare waterpompen in de stad niet meer voldeden. Besmet water eiste keer op keer ziektegevallen en, in het geval van cholera, dodelijke slachtoffers. Het gemeentebestuur deinsde echter terug voor overheidsingrijpen en de kosten van een gemeentelijk waterleidingnetbedrijf. Dat in 1883 toch werd besloten tot een waterleidingnet kwam vooral door het aandringen van de Gemeentelijke Gezondheidscommissie. De stadsarchitect en hoofd van Gemeentewerken Abraham van Cuijlenburgh jr. (1832-1886) stond onder curatele van de gemeenteraad en had niets in te brengen.
Groot was de schrik dan ook in maart 1883 toen de eindelijk verleende vergunning voor de aanleg van een waterleidingnetwerk door de vergunninghouders werd teruggegeven. Gelukkig werd snel een nieuwe partij gevonden en op zaterdag 28 april kon een nieuwe concessie worden afgegeven aan de Belgische maatschappij ‘Compagnie Générale des Conduites d’Eau’. Het zou nog eens twee jaar duren voordat in het heuvelachtige Arnhem de waterleiding operationeel was (zie Verleden Vandaag 16 februari).

Literatuur
Fockema, D., Hogerlinden J.G.A. en Wal, G. van der, Gedenkboek van Arnhem 1813-1913.
Rotterdam 1813 (N.V. W.N.J. van Ditmar’s Uitgevers Maatschappij), p. 128.

Knap, W. W.G.Zn. en Vergouwe, G.F.C., Arnhem 1233-1933. Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van het zevende eeuwfeest van Arnhems’ stedelijk bestaan.
Arnhem 1933 (Uitgeverij N.V. Drukkerij en Uitgevers-Maatschappij De Vlijt), p. 193-194.

Ranft, F.R., Nutsvoorzieningen.
In: Meurs, M.H. van e.a. (red.), Arnhem in de twintigste eeuw.
Utrecht 2004 (Uitgeverij Matrijs Utrecht), p. 144-159, p. 147-149.

Riele, A.W. te, Geschiedenis van de dienst.
In: 100 jaar werk in uitvoering 1887-1987. Gedenkboek Gemeentewerken – Arnhem.
Arnhem 1987 (Dienst van Gemeentewerken Arnhem), p. 11-44, p. 23.

Schaap, K. en Seebach, C., Op uw gezondheid.
Arnhem 1985 (Gemeentearchief Arnhem), p. 26-31.

Schulte-van Wersch, C. van, Abraham van Cuijlenburgh 1832-1886.
In: Vredenberg, J. (red.). Architecten in Arnhem, Oosterbeek en Velp. Ontwerpers van gebouwen, stedelijke ruimte en landschap tot 1965.
Utrecht 2019 (Uitgeverij Matrijs), p. 60-61.

Van Sonsbeke (W.K. van Loon), Arnhemse straten geplaveid met herinneringen Deel II.
Arnhem 1993 (Gijsbers & Van Loon), p. 16-18.

29-4-1795 (woensdag)
In de strijd om de vrijheid sneuvelt de vrijheid

Grote of Eusebiuskerk, 1742
In de kerk vonden de revolutionaire vergaderingen plaats. Schilderij van Jan de Beijer. We zien rechts ook nog het Oude Stadhuis en de Visbank. Voor het stadhuis staat een waterpomp. Links staat het grote huis ‘Anderlecht’.
© Rijksmuseum Amsterdam: RP-T-1918-389. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

Jan Willem Evers, 1796
Silhouetportret van Jan Willem Evers (1756-1832). De tekening is gemaakt naar aanleiding van zijn benoeming tot afgevaardigde van Arnhem in de eerste Nationale Vergadering in maart 1796.
© Rijksmuseum Amsterdam: NG-402-H, tekenaar mogelijk Hausdorff. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Woonhuis Jan Willem Evers Beekstraat
Zilversmid en koopman Jan Willem Evers woonde lange tijd in een groot huis met ommuurde tuin op de hoek van de Beekstraat en de Kromme Elleboogsteeg. Die muur zien we rechts op dit schilderij van Johannes Weissenbruch rond 1847 waar het Catharinagasthuis in de schaduw van de twee torens van de Walburgiskerk centraal staat.
© Hermitage Petersburg Rusland: ГЭ-3824, Johannes Weissenbruch, Gezicht van Arnhem, ca. 1847. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).

29-4-1795 (woensdag)
In de strijd om de vrijheid sneuvelt de vrijheid
Om drie uur in de middag was het zover op woensdag 29 april 1795. In de Grote of Eusebiuskerk had zich de hele Arnhemse burgerij verzameld om ‘vrijelijk’ over het nieuwe bestuursreglement van de stad te discussiëren en te besluiten.
Dit alles zou het voorlopige sluitstuk moeten worden van de revolutie die zich sinds januari in de Republiek der Zeven Verenigde Nederland had voltrokken. Arnhem had zich op 17 januari overgegeven aan het Franse leger en de teruggekeerde Nederlandse, of beter gezegd, ‘Bataafse’, patriotten. De Franse generaal Lefebvre zette het zittende stadsbestuur af en installeerde een Comité Revolutionnaire van zes Arnhemmers. Die stelde nieuwe bestuursregeling volgens de ideeën van de Verlichting en Franse Revolutie op.
In de aanloop naar de einddiscussie op 29 april vonden er in achttien wijken vergaderingen over de concepten van het nieuwe reglement plaats. Daar bleek dat het tweede artikel van Afdeling 4 (het reglement telde tien afdelingen/hoofdstukken met in totaal 146 artikelen) de meeste discussie opriep. In dat artikel stond dat een combinatie van bestuurlijke functies niet verboden was. Verschillende radicale Arnhemmers vreesden dat daarmee de weg open bleef voor die praktijken van de verjaagde regentenkliek die men juist wilde uitbannen. Juist de als gematigde bekend staande zilversmid Jan Willem Evers (1756-1832) werd hun spreekbuis. Hem vielen hoon en intimidatie van de verdedigers van het reglement ten deel. Evers werd het spreken op de slotvergadering op 29 april onmogelijk gemaakt en het reglement werd aangenomen. In de ‘Bataafse Revolutie’ die vrijheid, gelijkheid en broederschap moest brengen, sneuvelde de vrijheid van meningsuiting als één van de eerste idealen.

Literatuur
Evers, J.W., Verslag door Jan Willem Evers Als Gecommitteerde der Burgerij tot het overzien van het Regeringsplan voor de Stad Arnhem, Gedaan in de wettig opgeroepene Vergadering der stemgerechtigde Burgers op den 12 October I795. Arnhem 1796 (J.H. Moeleman).

Eijsink, Th. N., Restauratie en revolutie in Arnhem 1 juli 1787 – 6 mei 1795.
Arnhem 1967 (Uitgeverij Gemeentearchief Arnhem), p. 72-91.

Schulte, A.G., Mr. Jan Willem Staats Evers (1828-1894).
In: Schulte, A.G. (red.), Arnhems Historisch Genootschap Prodesse Conamur 1792-1992. Overal lieten zij hun sporen na.
Zutphen 1992 (Uitgeverij Walburg Pers), p. 199-210.

Wissing, P. van, Stad op drift: politiek tussen 1700 en 1815.
In: Keverling Buisman, F. (red.), Arnhem van 1700 tot 1900.
Utrecht 2009 (Uitgeverij Matrijs), p. 54-90, p. 81-83.

30-4-1476 (zondag)
Muntslag voor een gevangen genomen hertog

Adolf van Egmond, hertog van Gelre
Adolf van Egmond was voortdurend in een machstrijd om Gelre verwikkeld. Zijn zoon, de bekende Karel van Gelre (1467-1538), zette die traditie voort.
© Wikimedia Commons, 18e-eeuwse gravure van Sébastien Pinssio. Public Domain Mark 1.0 licentie (auteursrechtenvrij).
Munthuis in de Bakkerstraat, ca. 1650
De ‘Olde Munte’ stond in de Bakkerstraat schuin tegenover de Pastoorstraat. Vanaf de Broerenstraat gaat een steegje naar de achterzijde van het vroegere munthuis. Dat straatje heet nog steeds Muntsteeg. In de 19e eeuw verbouwde de machtige familie Brantsen het munthuis tot een imposant woonhuis, maar behield de naam. Die patriciërswoning werd in 1925 gesloopt en maakte plaats voor bioscoop Palace. Nu is op deze plek boekhandel Colofon te vinden.
Detail van een plattegrond van Arnhem, uitgegeven door Joan Blaeu naar de kaart van Nicolaes Geelkercken uit 1639.
© Scheepvaartmuseum Amsterdam, Collectie Atlas van Loon, Joan Blaeu, Tonneel der Steden, Amsterdam 1649.

30-4-1476 (zondag)
Muntslag voor een gevangen genomen hertog
Het was een verre reis naar Mechelen in België voor Jasper Heylich, een poorter (burger) uit Arnhem. Maar er stond veel op het spel. En zo stond Jasper op de ‘Lesten daighs der maent van Aprille, int jaer duysent IVC ende sessentseventich’ voor de in Bourgondische gevangenschap verkerende hertog van Gelre, Adolf van Egmond. Die ontving hem in de rekenkamer van het Bourgondische hof waar de altijd strijd en slag voerende hertog Karel de Stoute de dienst uitmaakte.
Adolf en Karel hadden beiden geld nodig en wilden de muntslag in Gelre veilig te stellen. De muntmeester Adriaan van Loker was overleden en daarom benoemden ze op deze zondag in 1476 Jasper Heylich met de functie van muntmeester. Na zijn benoeming kon Jasper terugkeren naar Arnhem om in het munthuis ‘die alde meynte / die old muente / de olde munte’ in de Bakkerstraat de geldstukken te slaan. Zijn ‘bediening tot meester-particulier’ kwam net op tijd, want een jaar later sneuvelden zowel Karel als Adolf in verschillende veldslagen.

Literatuur
Bosch, R.A.A., Stedelijke macht tussen overvloed en stagnatie. Stadsfinanciën, sociaal-politiek structuren en economie in het hertogdom Gelre, ca. 1350-1550.  
Hilversum 2019 (Uitgeverij Verloren, Werken Gelre no. 62), p. 116-118.

Hellinga, G.G., Hertogen van Gelre. Middeleeuwse vorsten in woord en beeld (1021-1581). Zutphen 2012 (Uitgeverij Walburg Pers), p. 127-129.

Markus, A., Arnhem omstreeks het midden der vorige eeuw. Met geschiedkundige aantekeningen.
Arnhem 1975 ongewijzigde herdruk van 1906 (Uitgeverij Gijsbers & Van Loon), p. 359-364.

Nijhoff, Is. An. (red.), Gedenkwaardigheden uit de geschiedenis van Gelderland, door onuitgegeven oorkonden opgehelderd en bevestigd. (6 delen; Arnhem en Den Haag 1830-1875. Deel 5  no. 84, p. 72.